DE STAAT GEDAAGD

Een groep burgers heeft zich tot de rechter gewend om van de overheid te eisen dat zij een betere bescherming gaat bieden tegen stankoverlast door de intensieve veeteelt. In september 2020 zijn zij door de rechter in het gelijk gesteld voor situaties met ernstige overlast. Dit kan ook voor U betekenis hebben. De staat gaat in hoger beroep. En de commissies buigen zich met iets meer aandacht over het probleem

DE STAND VAN ZAKEN: NIEUWE HAAGSE STUKKEN

Onze regering heeft een opdracht verstrekt aan bureau Pouderoyen Tonnaer om een overzicht van de geurbelasting van stallen van veehouderijen op te stellen. Het doel van
deze opdracht is om een zo compleet mogelijk beeld te geven van de geurbelasting van veehouderijen op basis van de hiervoor verleende vergunningen. Deze vergunningen zijn in de meeste gevallen afgegeven door gemeenten. In de provincies Limburg, Noord-Brabant en Gelderland worden de afgegeven vergunningen centraal geregistreerd.1 Het onderzoek richt zich dan ook op deze provincies. Bij het onderzoek is rekening gehouden met de uitspraak van de rechter inzake de Staat Gedaagd.

Hier vindt u de brief aan de Tweede Kamer bij het rapport ‘Geurbelasting uit stallen van veehouderij in concentratiegebieden’

Hier de link naar het rapport zelf, en hier de link naar bijlage 1 en de link naar bijlage 2

Statement proces tegen de staat
De Staat maakt zich schuldig aan discriminatie door een hogere geurbelasting toe te staan aan de veehouderij dan aan de industrie en door veehouderijen een hogere geurbelasting toe te staan in concentratiegebieden dan in niet-concentratiegebieden. Ter rechtvaardiging van dit onderscheid beroept de Staat zich op de bedrijfseconomische belangen van de veehouderij. Deze rechtvaardiging berust echter op een vergelijking van appels met peren.

Voor zover bedrijfseconomische belangen bescherming verdienen, behoort dit te geschieden met bedrijfseconomische middelen, zoals prijsbeleid, belastingmaatregelen, subsidieregelingen en eventueel saneringsregelingen, en niet met verlaging van het beschermingsniveau van niet-bedrijfseconomische belangen, zoals woongenot.

Op die manier worden de bedrijfseconomische mogelijkheden van de veehouderij betaald door de omwonenden van veehouderijen.

Dat is onterecht, aangezien de omwonenden de omstandigheden waarin de veehouderij verkeert niet hebben veroorzaakt en niet kunnen beïnvloeden. Degenen die de genoemde omstandigheden wel mede hebben veroorzaakt en kunnen beïnvloeden, blijven daarentegen buiten schot: de veehouderijen en de Staat.

Heb jij ook last van ernstige stankhinder (>19,4 Odeur)?

Meld je dan in ieder geval bij ons aan via stank@brabantsburgerplatformDe overheid heeft erkend tekort te schieten in de bescherming van burgers tegen ernstige stankhinder en we kunnen nu ook juridische stappen nemen.

Schrijf je ook in voor de nieuwsbrief van “Proces tegen de Staat” & “Stop de Stank” en blijf op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen

We gaan winnen met jouw hulp!

Draag bij aan de crowdfunding “Stop de Stank”, zodat we de strijd kunnen winnen. Elk bedrag is welkom.

Met jouw donatie steun je niet alleen de zaak van de omwonenden, maar ook het recht van burgers in Nederland hun leefkwaliteit te beschermen tegen een sluipend oprukkende vee-industrie.


Berichten Staat Gedaagd

In dit dossier vind je alle relevante stukken en berichten van de civiele procedure die door omwonenden van veehouderijen is aangespannen tegen de staat. De procedure is medio juni 2018 van start gegaan met een brief aan  landbouwminister Carola Schouten. Daarna is veel overleg gepleegd en zijn de resultaten van het onderzoek van de Commissie Biesheuvel afgewacht. Op 2 juni 2020 is de definitieve dagvaading Stankbeleid verzonden. Wil je meer informatie? Stuur dan een mail naar Gert van Dooren